Schutter 'bloedcafé' nog onbekend

Schutter 'bloedcafé' nog onbekend

Ruim anderhalf jaar na dato is nog steeds niet duidelijk wie de fatale schoten heeft gelost op drie slachtoffers van de cafémoord Inn & Out in Rotterdam. Drie van de vier verdachten moesten zich dinsdag verantwoorden voor de rechtbank.

De verdachten spraken elkaar tegen, wisten zich niets meer te herinneren of schoven een medeverdachte de schuld in de schoenen.

Een van de verdachten kondigde aan na maanden eindelijk te gaan praten. Dat schiep geen duidelijkheid. Wel wijst een aantal getuigen de beschuldigende vinger in de richting van de 32-jarige Elmer P. Maar die houdt vol dat hij het moordwapen niet heeft vastgehouden.

Ook gaan sommige stemmen in de richting van de 31-jarige Zé Carlos B., maar hij verklaarde vooral aan de bar te hebben gestaan. De 32-jarige Fernando P. wordt aangeduid als de leider. Om hem zou het hele bloedbad ook zijn begonnen.

Een vierde verdachte zit vast in Kaapverdië. Dat land levert hem niet uit omdat hij naast de Nederlandse ook de Kaapverdische nationaliteit heeft. Zijn rechtszaak dient op de eilandengroep. Twee officieren van justitie van de archipel zijn momenteel in Rotterdam om de zaak te volgen.

Volgens het Openbaar Ministerie hebben de mannen, behalve de drievoudige moord, ook de bezoekers afgeperst om hun spullen af te nemen, hen in een ruimte gedwongen, vastgebonden, gekneveld, hen met een brandbare vloeistof besprenkeld, ergens anders in de kroeg brand gesticht en hen van hun vrijheid beroofd door de luiken van het café omlaag te doen.

De rechtszaak gaat maandag 9 juli verder.