Het rookverbod, dat moet zorgen dat personeel van bars, restaurants en andere uitgaansgelegenheden rookvrij kunnen werken, moet 1 juli ingaan.
Negen van de vijftien regiovoorzitters zeggen dat er nog geen voorbereidingen zijn getroffen door de ondernemers. Dit komt voornamelijk omdat onduidelijk is wat wel en niet mag. Veertien van de vijftien voorzitters vinden dan ook dat de informatieverstrekking vanuit de overheid onvoldoende is.
Kleine horecaondernemers verenigden zich eerder deze maand in de hoop via de rechter uitstel, en uiteindelijk afstel, van het verbod af te kunnen dwingen. Kleine horeca-ondernemingen lijden volgens de vereniging meer onder de regels omdat zij niet in de gelegenheid zijn rookfaciliteiten in te richten.
Op 1 juli komt een einde aan de uitzondering die voor de horeca was gemaakt op het recht op een rookvrije werkplek, dat sinds begin 2004 geldt. Roken wordt niet alleen taboe in de kroeg, maar ook in onder meer het restaurant, de coffeeshop, het theater, de bioscoop, de studentenvereniging en de sportkantine.
Wel mogen horecagelegenheden een aparte rookruimte inrichten. De rokers die daar hun toevlucht zoeken, hoeven daar echter niet op bediening te rekenen. Ook kunnen ze nog op het terras roken, als dat maar niet aan alle kanten is afgesloten.
