Eén op de drie Nederlanders zet vakantiegeld opzij

Bijna eenderde van de Nederlanders gebruikt dit jaar zijn vakantiegeld om te sparen. Daarnaast lost ruim een kwart met het extra inkomen in mei schulden af. Vooral de lagere inkomensgroepen gebruiken het vakantiegeld voor het dichten van gaten.

Ongeveer de helft van de Nederlanders besteedt het geld daadwerkelijk nog aan vakantie, zo blijkt uit onderzoek van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) onder zo'n vijfhonderd mensen. ‘Mensen verwachten blijkbaar economisch zwaar weer en zetten daarvoor geld opzij’, aldus een woordvoerster van het Nibud zaterdag.

Ook de invoering van de euro heeft volgens de zegsvrouw bijgedragen aan de onzekerheid over het eigen inkomen. Het sparen met vakantiegeld nam in vergelijking met vorig jaar toe van 22 procent naar 30 procent. ‘Het pessimisme over de economie blijkt ook wel uit het feit dat maar 0,5 procent het geld gebruikt voor beleggen.’

Ruim 7 procent doet met het vakantiegeld een grote aankoop. Dat is iets minder (1 procent) dan vorig jaar. Veelal word het geld geïnvesteerd in het huis of de tuin. Verder zijn auto's en elektrische apparaten populair.

Het merendeel van personen met werk (97 procent) ontvangt vakantiegeld. In de meeste gevallen gaat het om 8 procent van het jaarinkomen, wat grofweg neerkomt op een maandsalaris. Bijna een kwart heeft dit jaar een extra bedrag van 1000 tot 1500 euro op zijn rekeningafschrift zien staan. Een op de vijf kreeg minder dan 1000 euro, zo'n 58 procent ontving meer dan 1500 euro.

Hoe hoger het salaris hoe meer geld er voor langere tijd op de spaarrekening wordt gezet. Mensen met een lager inkomen stoppen het vakantiegeld eerder in een huishoudpot. Bijna iedereen wil het fenomeen meimaand vakantiegeldmaand handhaven. Ruim 90 procent heeft liever eenmaal per jaar een extra groot bedrag op de rekening dan dat het vakantiegeld wordt uitgesmeerd over het hele jaar.