Allochtone ondernemers beginnen wel eigen zaak

Het aantal allochtonen dat vorig jaar een nieuwe zaak begon, is verder toegenomen. Hiermee zwemmen Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen tegen de stroom in. De landelijke trend bij startende ondernemers heeft in 2001 namelijk een daling laten zien. Dat blijkt uit gegevens die de Kamer van Koophandel (KvK) woensdag 24 juli heeft gepubliceerd.

Vorig jaar zijn in totaal bijna zesduizend minder startende ondernemers geteld ten opzichte van 2000. Dat betekent een daling van acht procent naar 64.100. Daarentegen is het aantal allochtone zakenmensen gestegen met 430 naar 4550, ofwel een toename van bijna tien procent.

Deze stijging is geheel te danken aan ondernemende Turken en Marokkanen. Het aantal Turken met een nieuwe zaak is vorig jaar toegenomen met bijna veertien procent tot 2050. Onder Marokkanen steeg het aantal eigen ondernemingen met ruim 21 procent naar 1030. Surinamers en Antillianen bleven in 2001 even ondernemend als een jaar eerder. Het totaal aantal ondernemers van buitenlandse origine, niet alleen de traditionele immigrantengroepen in Nederland, steeg eveneens en wel met zes procent naar 11.600. Daarbij noemt de KvK het opvallend dat het aantal nieuwe zakenlui uit landen in Europa en Noord-Amerika daalt, tegenover een stijging uit minder ontwikkelde gebieden in Oost-Europa, het Midden-Oosten, Afrika, Centraal- en Zuid-Amerika.

Ruim driekwart van het totaal aantal startende ondernemers zet de nieuwe zaak in zijn eentje op. Bijna twintig procent doet dit met een partner en een kleine vier procent zoekt daar nog een derde bij. Tezamen zijn door alle startende ondernemers 58.900 nieuwe zaken opgericht. De gemiddelde leeftijd van de startende ondernemer in Nederland is 36 jaar. Dit is volgens de KvK al jaren constant. Veruit de meeste kersverse zakenlieden begint een eigen zaak in de dienstensector. Het aandeel vrouwen onder de beginnende zakenlui is 26 procent. De allochtonen maken zeven procent van het totaal aantal starters uit.