Officier van justitie S. de Haas onthulde dat er geen moordwapen is gevonden en geen huls van het patroon waarmee het slachtoffer door zijn hoofd is geschoten. Ook de identificatie van de kogel legt geen verband met V. Verder zijn op de schoenen van de verdachte geen bloedsporen aangetroffen en zaten er geen schotresten op de jassen die tijdens een huiszoeking in beslag zijn genomen. Hierop wordt nog DNA-onderzoek uitgevoerd.
Bij de huiszoeking zijn kogelvrije vesten en een holster gevonden. 'Dat lijkt op het mogelijk dragen van een vuurwapen', aldus De Haas. Het wapen dat het slachtoffer volgens getuigen bij zich droeg, is niet aangetroffen. De politie onderzoekt nog of het eventuele wapen van hem is afgenomen.
De politie onderzoekt voorts of V. is geholpen, zoals diverse getuigen hebben verklaard, bij zijn vlucht uit het café en of er sporen in het café zijn weggemaakt. Justitie baseert de verdenking tegen V. op getuigenverklaringen. Zijn advocate A. Slijters stelde tijdens de zitting echter dat niemand haar cliënt daadwerkelijk heeft zien schieten. Tijdens het onderzoek stuitte de politie in eerste instantie op het probleem dat niemand een belastende verklaring tegen V. durfde af te leggen uit angst voor represailles. Twee getuigen zijn aangehouden wegens meineed en hebben opnieuw een verklaring moeten afleggen.
Tegen de enige getuige die V. met een vuurwapen heeft gezien, heeft Slijters aangifte gedaan van meineed. De advocate vraagt zich af hoe betrouwbaar deze getuige is, aangezien ze psychische problemen heeft en medicijnen slikt. De rechtszaak wordt 20 januari voortgezet. Tot die tijd blijft V. vastzitten. De rechtbank stemde niet in met het verzoek hem uit de voorlopige hechtenis te schorsen.
