Meerdere schuldigen bij Bonte Wever-brand

Uitgaanscentrum De Bonte Wever in Slagharen (gemeente Hardenberg) was niet brandveilig en voldeed niet aan de eisen in de bouwvergunning. De eigenaar, de gemeente Hardenberg, de brandweer en de hulpverlening hebben voor en na de brand steken laten vallen.

Dat zijn de belangrijkste uitkomsten van een onderzoek naar de brand die het complex vorig jaar volledig in de as legde. Het rapport 'Evaluatie brand De Bonte Wever' werd donderdagmorgen gepresenteerd. Het onderzoek is door het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding (Nibra) uitgevoerd in opdracht van de gemeente Hardenberg en de regio IJssel-Vecht.

Op 7 mei 2001 brandde het uitgaanscentrum tot de grond toe af. Het complex was van oorsprong een fabriekshal met een weverij en werd in 1981 door ondernemer Van der Most gekocht. Na diverse verbouwingen en uitbreidingen bestond het onder meer uit hotelkamers, een zwemparadijs, een bioscoop, een schietzaal, een sporthal en restaurants.

Volgens het rapport liet de gemeente Hardenberg ‘weinig bestuurlijke daadkracht’zien. De brandweer vroeg burgemeester en wethouders regelmatig om maatregelen en zelfs sluiting van het complex vanwege de onveilige situatie. Het college weigerde. Volgens voorzitter Th. Faber van de groep die het onderzoek begeleidde, heeft de economische waarde van De Bonte Wever meegespeeld in dat besluit. ‘Net als elders was het motto werk, werk, werk.’

In De Bonte Wever waren amper maatregelen genomen om de gevolgen van brand te beperken. ‘De gevolgen van een brand in het pand waren op voorhand onvoorspelbaar’, aldus het rapport. De poging van de brandweer om het vuur vanuit het pand zelf te blussen, waren dan ook zinloos. ‘De aandacht had eerder gericht moeten worden op bescherming van de omgeving.’ Een nabijgelegen woonboerderij brandde ook volledig af en de schade liep in de tientallen miljoenen euro.

Ook het aantal brandweereenheden, dat kort na het uitbreken van de brand is ingezet, had groter moeten zijn. Ten onrechte werd de brand ingeschat als ‘beheersbaar’ en ‘niet bijzonder’. De gemeente begon verder te laat met de opvang en verzorging van slachtoffers. De Bonte Wever had de gasten van het complex zelf ergens anders ondergebracht, aanvankelijk te dicht bij de brandhaard.

Burgemeester W. Meulman wijt de onveilige situatie aan de politieke cultuur in de jaren tachtig. Het afgeven en controleren van vergunningen was in het hele land van middelmatige kwaliteit, zegt hij met verwijzing naar de nieuwjaarsbrand in Volendam.

Eigenaar van het complex H. van der Most paste volgens de onderzoekers ‘klassieke vertragingstechnieken’ toe. De ondernemer ontkent dit. ‘We hebben wel discussies gehad over de soort verbeteringen.’ Hij benadrukt dat alle bezoekers het pand tijdig hebben kunnen verlaten.

Van der Most wil een nieuwe Bonte Wever bouwen in de gemeente Hardenberg. Burgemeester Meulman heeft aangegeven bereid te zijn opnieuw met de Van der Most in zee te gaan.