Gemeente oneerlijke concurrentie voor horeca

Gemeenten ontvangen jaarlijks zo'n twee miljard euro aan zogeheten marktactiviteiten, of wel werkzaamheden die ook door ondernemers verricht kunnen worden. Zo maken horecaondernemers melding van oneerlijke concurrentie door het verhuren van zalen door scholen en hoveniers door de plantsoenendienst.

Dat heeft minister Jorritsma van Economische Zaken aan de Tweede Kamer geschreven bij haar verdediging van de wet Markt en Overheid. Ze verwijst naar onderzoek door de accountantsorganisatie KPMG.

Vooral kleine ondernemers klagen steen en been over gemeenten. Gemeenten zijn in het voordeel tegenover particuliere ondernemingen vanwege de afdracht van belastingen of omdat ze duur materieel zoals grondverzetmachines en dergelijke toch al in huis hebben.

Maar er zijn twijfels ontstaan over de zin van de wet, nu besloten is tot een BTW-compensatiefonds en het ernaar uitziet dat ook overheidsbedrijven vennootschapsbelasting zullen moeten gaan betalen.

Voor de rijksoverheid gelden zogeheten aanwijzingen om te waarborgen dat de concurrentie met de marktsector eerlijk verloopt. Die aanwijzingen strekken zich echter niet uit tot gemeenten, provincies, waterschappen en semi-overheid. Daarom wil de minister de aanwijzingen voor de andere overheden vertalen in wetgeving en is het aan een nieuw ter vormen Commissie van Toezicht om dit in goede banen te leiden.