Meer duidelijkheid nodig voor status zelfstandigen

Bijna 150.000 zelfstandige ondernemers zonder personeel (zzp-ers) verkeren nog steeds in onzekerheid over hun status. Daaraan moet snel een einde komen, zo stelt de Raad voor het Zelfstandig Ondernemerschap (RZO) dinsdag 11 juni. De onduidelijkheid kan ernstige financiële gevolgen hebben voor de betrokken ondernemers.

Momenteel kunnen zelfstandige ondernemers (waaronder bijvoorbeeld ambachts- en vaklieden en ICT-managers) van de Belastingdienst een verklaring ontvangen dat ze ondernemer zijn. Maar tegelijkertijd kunnen ze ook door de UWV, het uitvoeringsorgaan van de werknemersverzekeringen, via looncontroles bij werkgevers, ook als werknemer bestempeld worden. Daardoor kunnen zzp-ers die door de Belastingdienst eerder als ondernemer zijn aangemerkt, achteraf nogmaals worden aangeslagen voor de werknemerspremies. ‘Een ongewenste situatie,’ concludeert N. Meijer, verantwoordelijk voor sociale zaken bij de RZO.

Aanvankelijk leek in december de zelfstandige ondernemer, die al geruime tijd in onzekerheid over zijn status verkeert, uitzicht op duidelijkheid te krijgen toen de Eerste Kamer bij de behandeling Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen Zelfstandigen (WAZ) aandrong op een verduidelijking van het begrip dienstbetrekking. De uitwerking hiervan, door het UWV onlangs neergelegd in een concept-besluit, heeft echter niet de gewenste duidelijkheid verschaft.

RZO-directeur B. van der Burg heeft vorige week per brief op het ontwerpbesluit gereageerd. Zij heeft bij de instantie erop aangedrongen, dat zowel het begrip dienstbetrekking als het begrip ondernemer opnieuw zou moeten worden omschreven. Volgens het RZO moeten de definities zo duidelijk zijn dat een burger zelf kan bepalen of deze ondernemer of werknemer is. De begrippen moeten eenduidig zijn en elkaar uitsluiten, wat nu niet het geval is.