Het kabinet hoopt hiermee te bereiken dat werkgevers en werknemers beter hun best doen een beroep op de WAO te voorkomen. De maatregel vormt een eerste stap in het streven van het kabinet om de WAO ingrijpend te herzien. Dat werkgevers hun personeel bij ziekte langer moeten doorbetalen, betekent dat ze minder lang een hogere WAO-premie hoeven te betalen als een werknemer arbeidsongeschikt wordt. Op dit moment geldt die hogere premie voor vijf jaar. Dat wordt straks vier jaar.
Het kabinetsbesluit leidde tot woedende reacties bij zowel werkgevers- en werknemersorganisaties. De bedrijven zijn boos dat ze nu hogere kosten krijgen, de vakbeweging eist alvast een aanvulling op het loon tot honderd procent. Alle organisaties zeggen ongelukkig te zijn dat het kabinet slechts een onderdeel heeft gekozen uit hun compromis over de WAO-aanpak. Dat akkoord was na maandenlange moeizame onderhandelingen tot stand gekomen in de Sociaal Economische Raad (SER).
De vakbeweging ziet bovendien weinig nut meer in het overleg over de WAO met het kabinet, dat was gepland op 12 september. CNV-voorzitter D. Terpstra meldde geen zin meer te hebben in een gesprek. FNV-voorzitter L. De Waal en Unie MHP-voorzitter A. Verhoeven beraden zich nog. Ondernemingsorganisatie VNO-NCW vindt het niet aanvaardbaar dat het kabinet nu al heeft besloten tot loondoorbetaling in het tweede ziektejaar. ‘Dat kan niet gebeuren zonder garanties dat we in het tweede ziektejaar slechts zeventig procent van het loon hoeven te betalen. Ook willen we gelijktijdige afschaffing van de WAO-boetes voor bedrijven, de zogeheten Pemba-regeling.’
De organisatie voor middelgrote en kleine ondernemers (MKB-Nederland) vindt de aanpak een exclusieve lastenverzwaring voor werkgevers. ‘Waar het SER-advies evenwichtig is en voor iedereen aanvaardbare oplossingen biedt, denkt het kabinet in schijnsamenhang. Een echte oplossing voor de WAO komt hiermee niet dichterbij.’
