Horecazaak past huisregels hoofddoekjes aan

Vrouwen met een hoofddoek mogen voortaan toch een hapje en een drankje nuttigen in restaurant de Haagsche Lounge. Volgens de gemeente Den Haag zijn de eigenaren van de horecagelegenheid en twee eerder geweigerde moslima's dat woensdag overeen gekomen. Eigenaar P. Mulder past de huisregels aan als het gaat om hoofddeksels die gedragen worden om godsdienstige redenen.

De twee moslima's die door het restaurant geweigerd werden, trekken hun aangifte van discriminatie in. Met het besluit van het restaurant wordt een advies van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB) uit september uitgevoerd. De CGB concludeerde dat de dresscode van het restaurant in strijd was met de Wet gelijke behandeling. Het advies om vrouwen met een hoofddoek toch toe te laten, namen de eigenaren van het restaurant eerder nog niet over.

Volgens de eigenaren van de Haagse Lounge is het nooit de bedoeling geweest om te discrimineren. Zelfs premier Balkenende zou in het restaurant zijn hoed af moeten zetten, stelde Mulder bij de CGB. Mulder vertelde toen ook dat hij vorig jaar regelmatig problemen had met groepjes jongeren die rondhingen in zijn restaurant. Hij mikt met zijn horecagelegenheid juist op een netter en ouder publiek. Daarom scherpte hij in januari zijn huisregels en kledingvoorschriften aan. Hij wilde geen onderscheid maken tussen hoofddoekjes, keppeltjes en basebalpetten en verbood daarom alle hoofddeksels.