‘We zijn uitgenodigd om te praten met de NMa. We hopen dan uitsluitsel te krijgen over wat er nu precies mag’, aldus Schneider. De oud-vertegenwoordiger van Heineken doelt met zijn opmerking op het in bruikleen krijgen van tapinstallaties.
Caféhouders krijgen zo’n installatie in bruikleen samen met een biercontract. Wanneer een caféhouder overstapt naar een ander biermerk, moet hij de installatie inleveren of betalen. Bij betaling verrekenen de grote brouwers de overgangen met gesloten beurzen. Hierdoor is het voor nieuwe biermerken, zoals bijvoorbeeld Olm, lastig om een plaatsje in de biermarkt te bemachtigen.
Schneider verwacht veel van de NMa, zeker nu ‘Brussel’ vorige week met een officiële aanklacht kwam over prijsafspraken tussen Grolsch, Heineken, Bavaria en Inbev. De brouwers hebben twee maanden de tijd om hierop te reageren. ‘De markt zal sneller geliberaliseerd worden dan iedereen denkt. Op het moment dat de liberalisering erdoor is, komt er een hoop ruimte vrij’, aldus Schneider.