Organisatie tevreden, bierbrouwers minder

De beursorganisatie kijkt tevreden terug op vier dagen Horecava. De 'kleine' editie trok met een totaal van 47.759 mensen slechts een paar honderd bezoekers minder dan twee jaar geleden.

Veel belangstelling voor de beurs ook van de landelijke media. Met de ramp in Volendam in het achterhoofd bleek de pers met name geïnteresseerd in de aandacht die er op de beursvloer werd besteed aan (brand)veiligheid in de horeca en in wat de exposanten op dat vlak te bieden hadden. Een enquête van de beursorganisatie onder exposanten en beursbezoekers wees uit dat beide categorieën overwegend tevreden waren.
Maar dit gold niet voor iedereen. Peter Pijnen, salesmanager Nederland van de Deense bierbrouwer Carlsberg, zegt dat de organisatie te weinig aandacht heeft besteed aan het drankbeleid. ‘Door het ontbreken van veel bierbrouwers was het op onze stand, maar ook bij de collega’s van Alken Maes, af en toe zeer hectisch, complete waanzin gewoon. Er werd echt overgegeven naast de stand.’
Naar eigen zeggen heeft Pijnen er alles aan gedaan de overlast te voorkomen. ‘Tuurlijk, wij moeten onze relaties toch ook een beetje fatsoenlijk kunnen ontvangen. Eerst vroegen we een rijksdaalder voor het bier. Toen vijf gulden. Maar dat maakte geen enkel verschil.’
Volgens Pijnen moet de organisatie een concept bedenken waardoor het ook voor Nederlandse brouwers en andere biermerken interessant wordt naar Amsterdam te komen. ‘Nu kregen wij de schuld van de overlast. Er werd ons zelfs gezegd dat we dan maar een grotere stand hadden moeten nemen. Maar wat dat kost…!
In een reactie zegt persvoorlichtster Anita Kanters van de RAI dat er twee jaar geleden net zoveel bierbrouwers aanwezig waren als dit jaar. ‘We zijn toen echter wat strenger geweest met de sluitingstijden van de taps. Om half zes moesten de kranen dicht. Dat hebben we dit jaar niet gedaan, maar we gaan het sowieso volgend jaar weer invoeren. Het is zeker niet in ons belang dat de boel hier en daar uit de hand loopt, maar voor een deel is dit toch ook de verantwoordelijkheid van de standhouders zelf.’