Staatssecretaris Frank Heemskerk van Economische Zaken en het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen presenteerden maandagmorgen hun plannen voor de toeristische sector tot en met 2010.
Toerisme en recreatie zijn belangrijk voor de Nederlandse economie. Ongeveer 375.000 mensen hebben een baan in hotels, op campings en in toeristische attracties. Buitenlanders weten Nederland goed te vinden. Vorig jaar kwamen ruim 11 miljoen mensen voor een kort of langer verblijf naar ons land. In 2003 waren dat er nog 9,2 miljoen.
Heemskerk en het NBTC hebben een reeks afspraken gemaakt om de groei in de komende jaren vast te houden. Zo willen ze dat er meer buitenlanders naar Nederland komen voor een kort bezoek aan een stad, de zogeheten citytrip. Heemskerk en het NBTC zijn met name optimistisch wat betreft de potentie van toerisme vanuit China en India.
De economie in deze landen groeit als kool en steeds meer inwoners kunnen zich vakanties naar het buitenland permitteren. De toename van het aantal toeristen uit China (1,33 miljard inwoners) wordt tussen 2008 en 2010 geraamd op 44 procent. Heemskerk en het NBTC verwachten dat het groeicijfer voor India (1,15 miljard inwoners) iets minder fors zal zijn (38 procent).
Het aantal internationale congressen en beurzen moet ook toenemen. Deze bijeenkomsten trekken kapitaalkrachtige bezoekers en geven een impuls aan de Nederlandse economie.
De bloei van het toerisme naar Nederland heeft ook een keerzijde. Heemskerk wees erop dat er te weinig hotelcapaciteit is in Amsterdam. Er wordt al aan dit probleem gewerkt. Eind vorig jaar presenteerde de gemeente Amsterdam een plan om het aantal hotelkamers in de periode tot 2015 uit te breiden naar ongeveer 27.000 (nu circa 18.000).
