In de eerste fase van zijn onderzoek gaat de nieuwe ‘visprofessor’ eerst de verschillen tussen de Japanse oester (creuse) en van de Zeeuwse oester vergelijken. De Japanse oester is sinds de jaren zestig van de vorige eeuw aan de Zeeuwse kust te vinden.
Vooral de smaak en geur gaat Luten onder de loep nemen. De uitkomsten worden verwerkt in een experiment om de voeding van gekweekte Japanse oesters te verbeteren. Dit moet leiden tot oesters met verschillende geur- en smaakprofielen welke op het land worden gekweekt met een andere voedermanier. Consumenten moeten vervolgens de Japanse kweekoesters testen om zo te achterhalen welke het meest in geur en smaak aanspreekt.
Seleen
Naast de studie naar de oester, buigt de nieuwbakken visprofessor zich ook over de mogelijkheden om de hoeveelheid seleen in kweekvis te verhogen. Seleen is een essentieel voedingsmiddel voor mens en dier en een anti-oxidant dat mogelijk anti-kankerverwekkend is. Door de kweekvis met seleen te verrijken, kan het eten van de vis een goede bijdrage leveren aan het de benodigde inname van seleen vanuit voeding. De aanbevolen hoeveelheid per dag voor mensen is 55 microgram.
