Donderdag gaat de horecagelegenheid aan de Lijnmarkt, die zich presenteerde als een 'café waar niemand de baas is', voor de laatste keer open, meldt het Nederlands Dagblad. Betrokkenen en 'oud-baasers' kunnen er herinneringen aan de bloeitijd ophalen. Naar schatting zo'n achthonderd vrijwilligers zijn de afgelopen 32 jaar bij De Baas betrokken geweest.
In De Baas kon niet alleen betaalbaar gegeten worden, maar de inhoud van de fooienpot ging er naar een goed doel. De laatste jaren was dat het project 'Treesleeper' in Namibië. Dat stelt de lokale bevolking in staat via het beheer van een camping inkomsten te verwerven.
Het eetcafé opende op 5 juni 1976. Initiatiefnemer stichting FRONS (Federatie van Radikaal, Onafhankelijke Socialisten) huldigde grootse idealen, zoals het creëren van zinvolle arbeidsplaatsen. Koks en bediening werd 'plezierig werken in een fijne omgeving' in het vooruitzicht gesteld. Uitgaande van het arbeiderszelfbestuur was iedereen gelijk. Volgens de statuten was een van de doelstellingen: 'Openleggen en doorbreken van structuren die mensen onvrij maken'.
Maar in 2005 verlamde een interne machtsstrijd onder de vrijwilligers de voortgang van het unieke linkse project. Gevolg: de deur was meestal dicht. Medewerkers stonden tegenover elkaar voor de Utrechtse rechtbank. Het verschil van mening betrof de toekomst van De Baas, dat al langer leed onder het verdwijnen van de gesubsidieerde Melkert-banen. Er leefde bovendien argwaan dat het bestuur het pand aan de Lijnmarkt buiten de leden om wilde verkopen.
Voorzitter Kees Brussel laat weten dat niet alleen het tekort aan vrijwilligers een probleem vormde. Ook het interieur was sterk verouderd, geeft hij aan. De Baas gaat nu alsnog in de verkoop. De Lijnmarkt - met uitzicht op de Dom - is een gewilde, dure locatie. Brussel wil van de opbrengst 'heel veel geld' weggeven aan een goed doel. De rest wordt apart gehouden voor een herinneringsboek over het 'kollektief eetkafee' en een groot feest, volgend jaar.