Jongeren steunen rookvrije horeca

Jongeren steunen rookvrije horeca

Het draagvlak voor de invoering van het rookverbod is gestegen onder jongeren. In 2008 vond 72 procent van de jongeren de maatregel (zeer) goed en in 2010 is dat 78 procent. Dit blijkt uit cijfers van STIVORO.

Uit het onderzoek dat STIVORO door TNS NIPO liet uitvoeren blijkt ook dat jongeren last hebben van rook in horecagelegenheden. Vooral in kroegen en bars vinden ze het storend. Ten opzichte van vorig jaar zijn de cijfers iets toegenomen. In 2009 ondervond 42 procent van de jongeren hinder van tabaksrook in kroegen en bars, en in 2010 is dit al 51,6 procent.

In restaurants of andere eetgelegenheden ondervinden ze het minste last: 35,4 procent van de jongeren geeft aan daar wel eens hinder te ondervinden van de rook. In discotheken is dit 37,6 procent en bij muziekevenementen 38,7 procent.

Zorgelijke situatie

Lies van Gennip, directeur van STIVORO vindt de situatie nog steeds zorgelijk. ‘Het is positief dat het draagvlak voor de rookvrije horeca toeneemt. Het is echter zorgelijk dat de hinder die jongeren van tabaksrook in de horeca ondervinden, ook toeneemt. Horecaondernemers zouden hier meer hun verantwoordelijkheid moeten nemen en de tabakswet naleven.’

Van Gennip is wel blij met het draagvlak voor het rookverbod onder jongeren. 'Dit geeft aan dat niet-roken bij de jeugd sterker de norm wordt en dat bepaalt weer in belangrijke mate of jongeren wel of niet gaan roken.'

Toch daling

Hoewel de cijfers tussen 2009 en 2010 een stijging laten zien van het aantal jongeren dat hinder ondervindt van tabaksrook, zijn de cijfers sinds 2007 wel degelijk in alle categorieën gedaald:

Bij eetgelegenheden van 60,2 procent in 2007 naar 35,4 procent in 2010

Bij kroegen en bars van 65,6 procent naar 51,6 procent.

Bij discotheken van 56,0 procent naar 37,6 procent in discotheken.

Bij muziekevenementen van 43,5 procent naar 38,7 procent.

Het onderzoek werd uitgevoerd onder ruim 4600 jongeren.