Nederland is volgens Loens dicht bij nieuwe derde ster

Nederland is volgens Loens dicht bij nieuwe derde ster

Net als vorig jaar is het grootste punt van kritiek van Michelin het gebrek aan constantheid onder de tweesterrenzaken in Nederland. Daarom nog altijd geen derde driesterrenrestaurant. 'Maar het had niet veel gescheeld.

‘We hebben afgelopen jaar echt gefocust op de groep tweesterrenzaken, en ook internationale inspecteurs uitgenodigd. Het zat er dichtbij, maar het niveau is nog net niet constant genoeg.’

In Nederland is wat hem betreft voldoende ruimte voor meer driesterrenzaken. ‘Als we willen, zouden we volgend jaar wel vijf driesterrenzaken kunnen introduceren. Het draagvlak, het gastenpotentieel, is in ieder geval wel aanwezig.’ Geruchten dat Michelin een quotum aanhoudt voor Nederland en België aangaande driesterrenzaken wijst Loens van de hand. ‘We zijn echt niet met cijfers bezig, maar met lekker eten.’

Geen gekke dingen

‘Als ik eerlijk ben denk ik dat de restaurants in het hoge segment het heel moeilijk hebben gehad afgelopen jaar. Dat zagen we terug op het bord: er werd op zekerheid gewerkt en geen gekke dingen gedaan. Niet dat gekke dingen perse nodig zijn voor drie sterren, maar daarmee is de constantheid van het hoge niveau niet gewaarborgd.’

Loens blikt uitgebreid terug op de nieuwe rode gids, en noemt die constantheid in de grote bedrijven het grootste minpunt in Nederland. ‘Voor die grote jongens is het soms moeilijk om flexibel te zijn.’

Apicius

Of dat ook de reden is voor het afnemen van de tweede ster van Apicius wil hij niet kwijt. ‘Sterren staan niet in marmer gebeiteld. We hebben over twee jaar een dossier van Apicius opgebouwd. Het is een heel goede zaak, maar het niveau onder de tweesterrenzaken in Nederland is heel sterk. Apicius past wat ons betreft niet meer in dat clubje.’

Die club twee- en driesterrenchefs is hecht, ziet Loens. ‘Ze gaan zelfs samen naar Azië om culinaire dingen te ontdekken. Er zijn chefs in het midden van het land die dat heel goed vertalen naar het bord’, zegt hij over Jacob Jan Boerma van De Leest in Vaassen. Al geeft de hoofdinspecteur toe wel eens moe te worden van al die Aziatische producten. ‘Zaken worden snel gehypet. Wij eten twee keer per dag, vijf dagen in de week op restaurant. Als ik dan weer yuzu of zo’n algje krijg, denk ik wel eens: doe eens wat nieuws. Maar begrijp me goed: voor gasten die maar een keer komen is het leuk.’

Lunchen bij Blaauw

En lekker eten heeft hij afgelopen jaar bijvoorbeeld gedaan bij Ron Blaauw, zegt Loens. ‘Daar heb ik fantastisch geluncht. Ik zeg tegen iedereen in Nederland: ga lunchen bij Ron Blaauw. Ik hoop dat hij doorgaat op deze weg, maar als gasten overdag massaal wegblijven, is dat lastig voor hem.’

De hoofdinspecteur is ook erg te spreken over nieuwe sterrenzaken als ML in Haarlem, ‘een heel leuk jong stel’ en La Provence in Driebergen-Rijssenburg, ‘een zaak zonder poeha die goed aan de weg timmert’.

Hij ziet onder de nieuwe sterrenzaken veel jonge ondernemende restaurateurs. ‘Er is een nieuwe generatie in Nederland die heel goed kookt.’ Ook de prijsstelling wordt bewuster, ziet hij. ‘Daarom zijn er ook zoveel nieuwe Bibs bij, en daar is vooral de consument bij gebaat.’

Mooie oogst

Negen nieuwe sterren en drie eraf levert een stijging per saldo van zes sterren op, waarmee Nederland op 114 staat. ‘Een mooie oogst’, meent Loens. Vorig jaar was Michelin iets guller, maar er kunnen niet elk jaar tweede sterren bij, zegt hij.

Wel roemt hij nogmaals het hoge niveau van de groep tweesterrenzaken. ‘Ik kom graag in Nederland en ben eigenlijk best Hollandofiel. Dat wij in Brussel zitten, maakt niet dat we bevooroordeeld zijn.’

Overzichten Michelinsterren: