Gilde van Meesterkoks zet titel Meesterkok voort

Gilde van Meesterkoks zet titel Meesterkok voort

Het Gilde van Nederlandse Meesterkoks gaat de titel Meesterkok, de Meesterproef en de certificering per 1 januari 2014 voortzetten. Aanleiding is het feit dat SVH deze taak vanaf dat moment niet meer uitvoert. 'We willen de titel, het niveau van ons ambacht en de onafhankelijkheid van de Meesterproef waarborgen', aldus gildemeester en tweesterrenchef Onno Kokmeijer.

Met het voortzetten van de Meesterproef zorgt het Gilde van Nederlandse Meesterkoks ervoor dat de titel Meesterkok, de inhoud van de titel en de onafhankelijkheid van de Meesterproef gewaarborgd blijven.

Nederlandse Meesterkoks

‘We willen de titel, het niveau van ons ambacht en de onafhankelijkheid van de Meesterproef waarborgen’, legt gildemeester Onno Kokmeijer van het Gilde van Nederlandse Meesterkoks uit waarom de vereniging een en ander voortzet.

Kokmeijer noemt het vanzelfsprekend dat het Gilde van Nederlandse Meesterkoks de verantwoordelijkheid en het beheer van de titel gaan dragen. ‘Wij zijn allemaal (SVH) Meesterkoks en verantwoordelijk voor ons ambacht en voor het kennis- en opleidingsniveau in ons vak.’

Sterklas

Het gilde heeft in 1997 ook het initiatief genomen voor de Sterklas-opleiding, de laatste opleidingsstap op weg naar de Meestertitel.

Het bestuur gaat de komende maanden de organisatie inrichten op de nieuwe situatie. In het najaar worden de leden daarover geïnformeerd.

SVH

De titel Meesterkok is tussen 1978 en 1980 ontwikkeld door de SVH (Stichting Vakopleiding Horeca) en de Nederlandse Club van Chef-koks. Het Gilde van Nederlandse Meesterkoks is in 1989 opgericht door de Meesterkoks die toen met succes de Meesterproef hadden afgelegd.

Het voortbestaan van SVH is ongewis sinds in mei bekend werd dat Koninklijke Horeca Nederland zich terugtrekt uit de organisatie. John Meuffels is - tot het einde van dit jaar - aangesteld als interim-directeur.

Hij is onder andere aan het bekijken welke onderdelen van SVH nog toekomst hebben en kunnen worden ondergebracht bij andere partijen.