Stemming rond toerismebureau NNBT was te positief

Alle betrokkenen bij het financiële debacle van het Noord-Nederlands Bureau voor Toerisme (NNBT) wilden alleen de positieve kanten zien. Zij waren blind voor de financiële problemen die er al vanaf de start in 1999 waren. Die conclusie trekt een onderzoekscommissie van de provincie Drenthe die een analyse heeft gemaakt van de gebeurtenissen die vooraf gingen aan het faillissement van het NNBT eerder dit jaar.

Het rapport met de titel Donderwolken aan een blauwe lucht is maandag in het provinciehuis in Assen overhandigd aan commissaris van de koningin Ter Beek.

De titel van het onderzoeksrapport geeft volgens commissievoorzitter H. Beerda (PvdA) feitelijk weer wat er de afgelopen jaren aan de hand was. 'Alle betrokkenen stonden met de rug naar de donderwolken en zagen alleen maar de blauwe lucht. Steeds weer is de vlucht naar voren gekozen en nimmer kwam een moment van even stilstaan en kijken waar men eigenlijk mee bezig was.'

De commissie concludeert onder meer dat het NNBT al direct na de fusie van de drie provinciale VVV's van Groningen, Friesland en Drenthe 'technisch failliet' was. Dat de financiële problemen pas begin dit jaar in volle omvang boven water kwamen, lag volgens Beerda eerder aan het feit dat er een nieuw bestuur kwam, nieuwe colleges van Gedeputeerde Staten en een beter financieel inzicht dan dat er plotseling grote financiële tegenvallers kwamen.

'Men stond voor de afgrond, maar als je alleen recht vooruit kijkt zie je die afgrond niet. Men wilde steeds maar door, omdat het belang te groot was. Daarom ploeterde iedereen voort, wat de commissie als voortschrijdend kuddegedrag is gaan kwalificeren.'

Het verwijt betreft niet alleen de directie van het NNBT en zijn bestuur, maar ook onder meer de Drentse gedeputeerde J. Dijks en Provinciale Staten. Die zouden zich in de ogen van de onderzoekscommissie te vaak 'met een kluitje in het riet' hebben laten sturen door genoegen te nemen met niet of onvoldoende beantwoorde vragen.

Het rapport staat 3 december op de agenda van een extra commissievergadering. Tijdens de Statenvergadering van 17 december valt het definitieve politieke oordeel.