Volgens Colijn is zo’n vereniging hard nodig voor de continuïteit van het IJscentrum en om als ijsbereiders gezamenlijk een vuist te kunnen maken. Het IJscentrum, dat nu nog volledig afhankelijk is van de sponsors en Vakschool Wageningen, kan op termijn bijvoorbeeld gedeeltelijk gefinancierd worden uit een bestemmingsheffing.
‘Daarmee kan het uitgroeien tot hét kenniscentrum op het gebied van ambachtelijk ijs’, aldus Colijn. Ook zou het mogelijk worden om landelijke reclame te maken waarmee ambachtelijk ijsmakend Nederland op de kaart wordt gezet.
Met de oprichting, die hij bekend maakte tijdens de IJsvakwedstrijden, is een droom van Colijn realiteit geworden. De preses van het IJscentrum maakte een jaar geleden tijdens de Vakwedstrijden voor IJsbereiders bekend dat de vereniging er zou komen in samenwerking met Veco-ijs, een inkoopvereniging voor ijsbereiders.
Aangezien Veco-ijs is omgezet in de Vereniging van Ambachtelijk IJsbereiders maakt de nieuweling qua ledenaantal een vliegende start. Ongeveer 130 ijsbereiders zijn aangesloten.
Omdat Nederland ongeveer vijfhonderd ambachtelijk ijsbereiders telt heeft de vereniging 250 leden nodig, om samen met het Hoofdbedrijfschap Ambachten, een bestemmingsheffing in te kunnen voeren. ‘Dat aantal hebben we de volgende ijsvak’, aldus Colijn. ‘Daar mag men mij op afrekenen.’
Voorzitter Joep Biemans van de vereniging van Meesterijsbereiders IJstop is verheugd met de komst van de belangenvereniging. ‘Naast IJstop is er helemaal niks. Een grote sterke club is noodzakelijk om versplintering te voorkomen.’
