Nederland lijkt de stokvis te hebben (her)ontdekt. Uit cijfers van de exportorganisatie voor Noorse vis blijkt dat de uitvoer naar de lage landen de afgelopen jaren is toegenomen. In 1990 zetten de Noren 151,3 ton van deze gedroogde vis af in ons land. In 1999 was dat 522,3 ton, gevolgd door 842,5 ton in 2000 en 1560,8 ton vorig jaar.Herman Smit van de gelijknamige firma in Rotterdam importeert en verwerkt Noorse stokvis. Cijfers over de afzet van deze vissoort heeft hij niet paraat, maar hij merkt wel dat er meer interesse is vanuit de horeca voor de gedroogde vis. ,,Er word meer over geschreven in de pers en ook onze website wordt vaker bezocht.' Door de publiciteit en het verstrekken van recepten met stokvis groeit de belangstelling, meent Smit.
Allochtonen
Een verklaring voor deze toenemende interesse is volgens Fenny Straat, woordvoerder van de exportorganisatie, moeilijk te geven. Ze vermoedt dat het door de toename van allochtonen in ons land komt. Zij zijn van huis uit gewend om gedroogde vis te eten. In landen rond het Middellandse-Zeegebied is stokvis geliefd.Bij restaurant Land van Waas in Rotterdam staat stokvis op de kaart. Het wordt in een tapasgerecht verwerkt, vertelt chef-kok Karim Aggoun. Vooral bijzonder aan de vissoort vindt hij de smaak, deze is licht gezouten. Van zijn leverancier krijgt Aggoun de vis in gewelde vorm en dus panklaar aangeleverd. Daardoor is weken niet meer nodig en dat betekent tijdwinst.Stokvis is rijk aan eiwitten, bevat een hoge concentratie aan vitamine B en ijzer, en is weinig vet. De meeste stokvis is afkomstig van kabeljauw, maar ook andere soorten zoals leng lenen zich ervoor.
