Het Keurmerkinstituut ziet steeds meer terreinen waarop verschillende keurmerken of certificatiesystemen actief zijn. Voorbeelden zijn de hoveniersbranche en de reïntegratiesector, met elk twee concurrerende keurmerken, en de zorgsector waarin twee certificaten dingen naar de gunsten van de verpleeg- en verzorgingshuizen. De situatie op milieugebied is niet veel beter: verschillende eco-labels voor recreatiebedrijven strijden om de voorrang, en de relatie tussen het Europese eco-label en de diverse nationale milieukeurmerken is voor de gebruiker nauwelijks te begrijpen. Hoewel overlappende of elkaar bestrijdende keurmerken verwarrend zijn voor de consument, ziet het Keurmerkinstituut ook voordelen in de toenemende concurrentie. Veel bestaande keurmerken stellen namelijk nodeloos veel eisen aan de interne bureaucratie van de gecertificeerde organisatie. Dit is een overblijfsel van de populariteit in de jaren negentig van ISO 9001, de internationale norm voor de kwaliteit van interne bedrijfsprocessen. ISO 9001-certificatie ging vaak gepaard met veel papierwerk, zonder dat de geleverde producten en diensten er beter van werden. Concurrentie tussen keurmerken kan ertoe leiden dat dergelijke uitwassen verdwijnen, en de keuringseisen weer worden gericht op de producten en diensten waar het om gaat. Zie voor meer informatie het Jaaroverzicht 2005 op de site van het Keurmerkinstituut.