‘Mijn man is vrachtwagenchauffeur’, vertelt Ans. ‘ Hij kwam hier vaak langs en eigenlijk is er nergens koffie of een broodje te krijgen. ‘Is dat niks voor jou om daar te gaan staan?’ zei hij. ‘In het begin had ik een klein ventwagentje, van waaruit ik snacks verkocht. Toen het eenmaal begon te lopen, heb ik deze aangeschaft.’ De wagen blijft ‘s nachts gewoon staan. ‘Heb je ook niks mee te slepen.’
Ans’ klandizie bestaat voornamelijk uit vrachtwagenchauffeurs en vertegenwoordigers. ‘Ook van bedrijven uit de buurt, zoals Rijkswaterstaat, komen mensen hier naar toe. Ik heb echt een vaste klantenkring. Een tijd geleden werd in de omgeving veel gebouwd en kwamen al die bouwvakkers eten. In die periode moest een vriendin tijdens de spits bijspringen, anders kon ik het niet aan.’ Van haar grote buurman Cold Food/Laan Snacks merkt Ans weinig. Behalve op 14 april, toen de fabriek heropend werd. ‘Er stond een grote tent op de parkeerplaats, waardoor mensen niet bij mijn zaak konden komen. Bovendien had een ander bedrijf hierachter ook een opening. Toen heb ik de zaak maar dichtgegooid’, vertelt Ans. De snackgigant heeft het overigens wel goedgemaakt. ‘Later kwamen ze me vragen hoeveel omzet ik dacht te zijn misgelopen. Als compensatie daarvoor heb ik dozen snacks gekregen.’
