Telers uit Flevoland ontwikkelen nieuw appelras

Telers uit Flevoland ontwikkelen nieuw appelras

Elf fruittelers uit Flevoland houden een proef met een nieuw appelras, de Helena. De regionale telersvereniging Promesis steunt het project dat bijna 1 miljoen euro kost. De organisatie meent dat de Helena een serieuze aanvulling is op de vertrouwde Elstar en Jonagold.

Aan de provincie Flevoland is 600.000 euro subsidie uit het Europese steunprogramma gevraagd. De elf deelnemers betalen ook mee. De eerste 'marktrijpe' oogst valt pas over circa twee jaar te verwachten. Inmiddels zijn er 1800 bomen geplant, maar die leveren nog geen verkoopbare appels op.

Het nieuwe appelras is een variant op de Nieuw-Zeelandse Braeburn. Het voordeel is dat de nieuwe soort beter gedijt in Nederland dan het origineel. De Helena groeit sneller. In gure klimaten, waar de zomer relatief kort duurt, is dat een pluspunt. 'Verder is de kleur goed en dat is belangrijk voor de verkoop, net als de naar zoet neigende smaak', stelt voorzitter De Jongh.

De Flevolandse fruittelers streven ernaar om over vier jaar in totaal 50 hectare vol te planten met de nieuwe appel. De Jongh is optimistisch over de kansen. 'Er zijn ook hier de laatste tien jaar rake klappen gevallen en bedrijven failliet gegaan, maar er is al herstel te zien. Hiermee geven we daar nog een extra stimulans aan.' Promesis begon eerder dit jaar met een project dat appels weer onder de aandacht moet brengen van Flevolandse schoolkinderen.