De vier grootste aardappelverwerkende bedrijven (Aviko, Farm Frites, McCain en Lamb Weston) kunnen de alsmaar toenemende buitenlandse vraag naar friet nauwelijks aan, en breiden hun productiecapaciteit in rap tempo uit.
Supermarkt
De aandacht van de 'Grote Vier' lijkt steeds meer richting export te gaan, en een aantal aardappelverwerkers richt zich meer en meer op het supermarktkanaal.
Volgens insiders draagt dit afzetkanaal - door minder schakels in de keten en grotere volumes – beter bij aan de bedrijfsresultaten dan de afzet via het cafetariakanaal, een omzetcategorie die al jarenlang onder druk staat.
'Minder belangrijk'
De afgelopen weken kreeg vakvereniging ProFri opnieuw aanwijzingen dat sommige aardappelverwerkers het professionele frituurkanaal steeds minder belangrijk vinden, en vooral bezig zijn met het veiligstellen van hun bedrijfsresultaten via de retail.
Ondanks de verschuiving van de aandacht blijven de 'Grote Vier' (samen goed voor 92% van de Nederlandse markt) elkaar in het out-of-home kanaal beconcurreren.
Gunstig voor prijs
Deze onderlinge concurrentiestrijd lijkt gunstig voor de prijs die cafetariahouders momenteel betalen voor een doos friet.
'Ondertussen ontdekken cafetariahouders dat niet alleen het overstappen van energieleverancier en verzekeraar loont, maar ook het overstappen van frietleverancier', aldus ProFri-voorman Frans van Rooij op zijn website.
