Het personeel beschuldigde de verpachter van de zaak, horecamagnaat Sjoerd Kooistra, ervan dat hij de zaak moedwillig op de fles liet gaan. De gemeente Amsterdam stelde daarop een onderzoek in naar de faillissementen van zaken van Kooistra en ontdekte daarin inderdaad een patroon.
De vergunningen voor de Oesterbar zijn pas afgegeven na duidelijke afspraken met Kooistra. Zo staat zijn naam op de vergunningaanvraag als degene voor wiens rekening en risico de zaak wordt gedreven. Ook is de bedrijfsvoering duidelijker. Het aantal BV's dat de zaak exploiteert is teruggebracht tot twee. Met deze afspraken moet een einde komen aan de faillissementen en snel opvolgende verpachtingen.
Het is aan Kooistra of de Oesterbar daadwerkelijk weer open gaat.