De CGB kreeg klachten binnen van moslimvrouwen. De vrouwen werden niet toegelaten in De Haagsche Lounge, vanwege het dragen van een hoofddoek. Ze stapten daarop naar het Haagse Bureau Discriminatiezaken en meldde de klacht bij het CGB.
Paul Mulder, eigenaar van het Haagse horecabedrijf, meldt in de Haagsche Courant bij hun standpunt te blijven. ‘Met een pet, bolhoed, kroon, keppeltje of hoofddoek kom je er bij ons niet in’, stelde Mulder tijdens de hoorzitting. ‘We hebben een nette zaak. Het is geen zaak voor jongelui met gympen en trainingspakken. Om oeverloze discussies tegen te gaan, heb ik opgedragen alle hoofddeksels te weren.’
De uitspraak van de CGB is juridisch niet bindend. Het Haagse Bureau Discriminatiezaken overweegt juridische stappen te ondernemen. Ook burgemeester Deetman van Den Haag mengt zich in de discussie. Hij wil ‘een goed gesprek’ met de ondernemers als ze gasten met hoofddoekjes blijven weigeren.
