Volgens KHO is de lezing van de organisaties pathetisch en toont het aan hoe los de volksgezondheidssector staat van de realiteit van alledag. In een open brief haalt KHO fors uit naar de anti-rooklobby.
De laaghartige en onbewezen beschuldiging dat de tabaksindustrie achter het verzet zou zitten is een bewijs te meer dat we hier niet meer met redelijk denkende mensen te maken hebben, maar met een gebrainwashte, sektarische gemeenschap, die blijkbaar niets anders dan de duivel kan zien in dit legitieme verzet. Aldus een niets aan twijfel overlatende KHO.
Volgens KHO overdrijft de anti-rooklobby stelselmatig de gevolgen van roken in horecabedrijven. KHO vraagt zich af of de gezondheidsvoordelen inderdaad rechtvaardigen dat horecaondernemers failliet gaan. Zonder horeca hebben mensen meer stress en meer stress betekent meer huisartsbezoeken, stelt KHO.
KHO stelt dat de maatschappelijke schade door rookverboden door de anti-rooklobby sterk wordt gebagatelliseerd. Misschien is de stijging van het aantal opnames voor hartaanvallen in Schotland na twee jaar rookverbod wel te verklaren uit opnames van pubeigenaren, vraagt KHO zich hardop af.
Ook vraagt KHO zich af waar de zekerheid van de anti-rooklobby vandaan komt dat er geen schade door een rookverbod ontstaat. KHO: Dat is vooral te wijten aan de hedendaagse cultuur in volksgezondheid, die zich vooral richt op fysieke gezondheid en geen zicht heeft op het bredere beeld, de maatschappelijke realiteit waarin ook andere welzijnsfactoren een rol spelen: economische zekerheid, sociale acceptatie en stress.
Het Astma Fonds, KWF Kanker Bestrijding, Nederlandse Hartstichting en Stivoro lieten eerder in een gezamenlijk persschrijven weten een uitzondering op de rookvrije horeca onverantwoord te vinden.
De gezondheidsorganisaties deden in een open brief aan de CDA-fractie van 30 september een moreel appel om het voorstel tot deze uitzondering te verwerpen. De rookvrije horeca is de beste maatregel voor de volksgezondheid die Minister Klink enkele jaren geleden heeft genomen, aldus de gezondheidsorganisaties.