Veel leerlingen op de basisschool eten hun lunch tussen de middag in een chaotische sfeer. Een nieuwe wet regelt dat basisscholen sinds februari verantwoordelijk zijn voor de opvang van kinderen tussen de middag. Zonder succes. De nieuwe overblijfwet heeft eerder kwaad gedaan dan goed. Dat stellen Conny Bergé, projectcoordinator ’Tijd voor school’, en sociologe Rineke van Daalen in Trouw. Ze hebben een manifest gemaakt dat gericht is aan Ronald Plasterk, onderwijsminister namens de PvdA.
Geen geld voor kantine
Nederland is een van de weinige landen in Europa waar het pauzeren geen onderdeel uitmaakt van de schooldag en de overheid geen geld uittrekt voor een kantine of pauzeruimte. De overblijfkrachten hoeven geen opleiding te hebben. 'Kinderen eten in de klas of met z’n allen in een hal die daar niet geschikt voor is', aldus Van Daalen. Volgens haar wordt er tijdens de overblijf meer gepest en klagen kinderen over drukte. 'Een wonder dat er nooit iets echt is mis gegaan.'
Uitbesteden aan commerciëlen
Meer scholen hebben besloten de opvang uit te besteden aan commerciële overblijforganisaties, die voor hen het geld bij de ouders innen. Zo zijn de besturen er in elk geval zeker van dat er financieel niks mis gaat. Die organisaties rekenen zo’n vijftig cent meer (rond de twee euro) per kind per dag. De overblijfkrachten zijn echter nog steeds dezelfde vrijwilligers die tegen een onkostenvergoeding werken. 'Eisen stellen kan alleen als de school ze in dienst neemt als volwaardige arbeidskrachten'. zegt Van Daalen.
