De vissers spraken deze maand af dat zij in het vroege voorjaar maximaal veertig dagen aan de wal blijven om de kabeljauw in de Noordzee te sparen. Zij hopen hiermee een vangstverbod van Brussel te voorkomen. De Europese Commissie hield de Nederlandse kabeljauwvissers afgelopen jaar tegen hun zin aan de wal omdat de kabeljauwstand in gevaar was.
Faber juicht de zelfopgelegde vangstbeperkingen van de kottervissers toe. Zij vindt dat deze afspraken een onderdeel moeten gaan uitmaken van een Europees plan om de stand van de kabeljauw de komende jaren weer op peil te brengen. ‘Dat is mijn inzet. Maar ik kan niet overzien of de Europese Commissie vindt dat dat voldoende is.’
Meerdere Kamerleden hadden Faber maandag gevraagd om het in Brussel voor de vissers op te nemen. Ook wilden zij weten wat het voor de Nederlandse vloot betekent als in 2003 de Spaanse en Portugese vissers toegang krijgen tot de Nederlandse wateren.
Volgens Kamerlid Vos (VVD) is dat oneerlijke concurrentie omdat die landen hun vissers fors steunen. Ook zouden zij veel bijvangst hebben. Vos zei te vrezen voor ‘een Armada’. Het SGP-Kamerlid Van der Vlies vroeg zich hardop af of de komst van de Spaanse en Portugese vloten ten koste zouden gaan van de quota voor de Nederlandse vissers. En als dat dan het geval is, dan zouden de Nederlandse vissers hun quota moeten kunnen verkopen aan hun buitenlandse collega's, vindt CDA'er Buijs. Daarover kon Faber geen uitsluitsel geven, omdat de Europese Unie er nog geen uitspraak over heeft gedaan.
