Horeca en gemeente werken samen aan schoner milieu

De gemeente Schouwen-Duiveland wil samen met horeca- en recreatieondernemers bekijken, of en op welke manier hun bedrijven milieuvriendelijker kunnen werken. Slaat dit `duurzaam ondernemen` aan bij deze groep, dan zullen over twee jaar ook andere ondernemers bij dit plan betrokken worden.

Met een milieuvergunning stelt de gemeente van oudsher eisen aan een bedrijf, zodat gevaar van schade of hinder voor het milieu en de omgeving beperkt of uitgesloten wordt. Sinds de Wet Milieubeheer (1992) van kracht is kan de gemeente via deze vergunning bij bedrijven ook een oogje in het zeil houden wat betreft een goede, gescheiden verwijdering van afval en zuinig gebruik van energie. Nadat Schouwen-Duiveland hiervoor in het Gemeentelijk Milieubeleidsplan al een aanzetje had gegeven, wil het college dit `duurzaam ondernemen` in de praktijk gaan brengen.

Winst
Voor de start van dit project wil het gemeentebestuur beginnen bij de gemeente zelf, de horeca en de recreatiebedrijven als campings, bungalowparken en hotels. De keuze is volgens wethouder G. van de Velde-de Wilde op deze groep gevallen omdat verwacht wordt `dat daar de meeste winst te behalen valt`.

Een groot deel van de uitgebreide werking van de wet komt neer op een beter scheiding van het afval. De verwerking ervan is dan goedkoper. In de praktijk blijkt juist dat vakantievierders het minder nauw nemen met het scheiden van het huisvuil dan wanneer ze thuis zijn. Het gaat er vooral om op deze manier te laten zien wat ondernemers bij milieuvriendelijk werken zichzelf en de gemeente financieel kunnen besparen.

Omdat het project nog maar in de startblokken staat, mogen bedrijven zelf bepalen of ze mee doen of niet. Over twee jaar, wanneer door de opgedane ervaring de kinderschoenen uit moet zijn, zullen ook andere bedrijven met het duurzaam ondernemen te maken krijgen. NOVEM betaalt zestig procent mee om het project in gang te zetten. De startnotitie Duurzaam Ondernemen op Schouwen-Duiveland staat op de agenda van de commissie OWMIL van maandag 4 november.