De dieren vinden hun eten bij vuilnisbakken en op straat. Daardoor besteden ze geen tijd meer aan de jacht, maar worden afhankelijk van de restanten die de mens achterlaat, constateert de Wildlife Conservation Society. De vuilnisbakken vormen een hoorn van overvloed voor de dieren, omdat het eten telkens op dezelfde plaats te vinden is en steeds wordt aangevuld.
De onderzoekers voorzagen bijna zestig beren van een halsband en volgden ze wekenlang. De wilde beren besteedden het grootste deel van hun tijd in ongerepte gebieden, terwijl de stadsberen vlakbij mensen verbleven in bewoonde gebieden. Sommige beren sliepen onder de vloerdelen van huizen of in achtertuinen.
Enkele beren werden een etmaal lang gevolgd om te bestuderen hoe ze aan hun eten kwamen. Bij de stadsberen betekende dat een tocht van parkeerplaats naar parkeerplaats, meldden de onderzoekers.
