De onderzoekers bestudeerden de resten van een 1,2 miljoen jaar oude mensachtige. Die resten waren in 2007 gevonden in het noorden van Spanje. Op de tanden vonden ze microscopisch kleine deeltjes vlees en zetmeel. Daar zaten geen koolresten op, ze waren rauw. Ook bleek dat de mensachtigen geen rook hadden ingeademd, wat wel zou zijn gebeurd als ze hun eten hadden bereid boven een vuur.
Sporen
Sporen dat mensachtigen hun eten kookten, waren eerder wel gevonden op 800.000 jaar oude resten in Spanje en Israël. Dat betekent dat de vroegste Europeanen in de tussenliggende tijd moeten hebben geleerd om vuur te gebruiken. Ongeveer een miljoen jaar geleden dus.
Evolutie
Door eten te koken, bakken, braden, roosteren of grillen kan het menselijk lichaam er meer energie uit halen dan wanneer het rauw is. Ongeveer 800.000 jaar geleden begonnen de hersenen van de voorlopers van de mens snel te groeien, een belangrijke stap in de evolutie.