Sowieso stijgen de arbeidskosten in de horeca al vanwege het tekort aan geschikt personeel. Inmiddels zegt bijna een derde van de horecabedrijven moeite te hebben met het vinden van bijvoorbeeld koks of bedienend personeel.
Branchevereniging Koninklijke Horeca Nederland (KHN) denkt dat de personeelskosten een groter deel van alle kosten van de horecabranche gaan vormen.
‘In de regel ligt het percentage personeelskosten van horeca-ondernemingen wat boven de 30 procent, en wij zien dat gaan oplopen tot wel 32 procent’, zegt Robèr Willemsen, ondernemer en voorzitter van KHN. Bovendien worden niet alleen werkgevers geraakt, ook werknemers zijn niet altijd gelukkig met de nieuwe wet, volgens KHN. ‘Het is niet alleen in de praktijk lastig om over te stappen op vaste contracten, ook onder het personeel is de behoefte hieraan beperkt. Onder meer koks stellen extra eisen en willen flexibiliteit, vooral om de verhouding tussen werk en privé te verbeteren’, stelt Willemsen.
Overigens zijn dit jaar de prijzen in de horeca al gestegen. Dat was grotendeels te wijten aan de verhoging van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent.
Daar komt nu de WAB bij, die per 1 januari 2020 van kracht wordt. De bank: ‘Deze generieke wet raakt de horeca in het hart, omdat maar liefst de helft van alle werknemers in deze sector een flexibel contract heeft, het hoogst aantal van alle sectoren. Dit heeft te maken met het seizoensgebonden karakter van de horeca. In de winter is in een strandtent nu eenmaal minder te doen dan in de zomer. Minder dan een derde van de werknemers in de sector heeft een ‘vast’ contract, ofwel een contract voor een onbepaalde tijd.’
WW premie
Als onderdeel van de nieuwe wetgeving worden de door werkgevers af te dragen WW-premies gekoppeld aan het type contract. Bij vaste contracten en bij de flexibele contracten voor werknemers onder de 21 jaar die niet meer dan 12 uur per week werken, dragen de werknemers straks de lage premie van 2,78 procent af. Echter, voor alle andere flexibele contracten gaat de WW-premie omhoog van 3,6 naar 7,8 procent.
Ook kunnen onverwachte veranderingen in bijvoorbeeld weersomstandigheden duur uitpakken: een oproepkracht moet volgens de nieuwe wet minimaal vier dagen voor een betreffende werkdag ingeroosterd staan. Werkgevers en werknemers kunnen de termijn van vier dagen binnen de cao overigens wel verkorten tot 24 uur. Als bovendien een eenmaal gedane oproep binnen vier dagen wordt ingetrokken, moeten de al geplande uren toch worden uitbetaald. Ongeveer een kwart van de werknemers in de horeca is een oproepkracht.
Volgens ABN AMRO zijn die hogere prijzen de oorzaak dat de sector nauwelijks is gegroeid in het eerste kwartaal. De economen van de bank denken wel dat de horeca zich in de rest van het jaar herstelt.