De modelcafetaria van Restaria en ProFri wordt ingedeeld op basis van het concept-protocol dat ProFri en VCHO eind april hebben ingediend bij de ministers Koolmees, Wiebes en Hoekstra. Het bevat concrete richtlijnen om zowel nu als in de nabije toekomst als restaurant te kunnen functioneren in de anderhalvemeter-economie.
Onderdelen van het protocol zijn maatregelen als anderhalve meter ruimte tussen stoelen, afscheidingen met transparante schermen, desinfectie-mogelijkheden bij de ingang, het temperaturen van gasten bij binnenkomst, contactloze betalingen, looproute-markeringen, het gebruik van handschoentjes en mondkapjes door de medewerkers én richtlijnen voor leveranciers.
Het protocol is bedoeld voor restaurants en andere horecabedrijven met zitgelegenheid, zoals cafetaria’s en grote ijssalons. Bedrijven zonder zitgelegenheid of horecabedrijven die het zitgedeelte tijdelijk buiten gebruik hebben gesteld en zich louter richten op hun afhaal- en/of bezorgfunctie, worden geadviseerd om de richtlijnen en adviezen op te volgen van hun eigen vakorganisatie.
Restaria de Coevering
Met de modelcafetaria willen ProFri en Restaria het protocol in de praktijk testen. Restaria de Coevering in Geldrop is daarvoor geschikt bevonden. ‘Deze zaak heeft een simpele scheiding tussen het zitgedeelte en de afhaal’, zegt formulemanager Hans van Ballegooijen. ‘Het idee is om in het afhaalgedeelte een wachtplek te maken voordat mensen naar hun tafel worden geleid. De bedoeling is ook om geen vrije inloop aan te nemen, maar alleen met reserveringen te werken. Zo kun je de gastenstroom beter reguleren.’
Normaliter heeft Restaria de Coevering 85 zitplaatsen. Dat worden er in de proefopstelling een stuk minder. Van Ballegooijen: ‘We zullen denk ik uitkomen op 20 of 25. We zijn nu een plattegrond aan het maken, onder meer met looppaden en afstand tussen tafels.’ Ook worden er schermen tussen tafels opgehangen. ‘Mogelijk kunnen daardoor meer zitplaatsen behouden blijven.’
Keuzes in vormgeving
Volgens ProFri-directeur Frans van Rooij is er een aantal mogelijkheden voor het zitgedeelte in de 1,5 meter-economie. ‘De vraag is hoe lang het gaat duren. Je kunt overal plastic ophangen, maar stel dat het twee jaar duurt, dan moet je zorgen voor betere vormgeving en wellicht een interieurbouwer inschakelen om er samen iets moois van te maken. Dat vereist wel een investering, en de vraag is dan of je die binnen een jaar terugverdient. Je kunt ook kiezen voor die schermen van Satelliet, dan ben je voor een paar honderd euro klaar en ziet het er netjes uit. De invulling is dus voor iedere zaak anders, als je maar voldoet aan het protocol.’
Veilige werkplek
Het protocol is ook bedoeld om een veilige werkplek te creëren, zegt Van Rooij. ‘Ook achter de balie moet zoveel mogelijk 1,5 meter afstand bewaard blijven. Dat betekent niet meer rondlopen, maar medewerkers die veel meer op een vaste plek staan. Ook kritisch kijken naar het assortiment hoort daarbij. Bewerkelijke producten moeten misschien geschrapt worden.’
‘Minder gastvrij’
‘Dit is geen fijne situatie’, zegt Jack Willemse van Restaria de Coevering in Geldrop. ‘We draaien gewoon 40 procent minder omzet. En het contact met de mensen is helemaal weg. Ze komen binnen, krijgen de bestelling en zijn weer weg. Dit is gewoon niet leuk.’ De ondernemer is sinds de horecasluiting wel begonnen met maaltijdbezorging, maar dat compenseert het verlies maar gedeeltelijk.
Als hij het restaurantgedeelte weer mag gebruiken, zal het uit eten-gevoel volgens de ondernemer minder zijn. ‘We leveren veel zitplaatsen in, dus ik wil tafeltjes twee of drie keer bezetten op een avond. Lekker natafelen is er dan even niet bij. Dat is niet erg gastvrij natuurlijk.’
Toch prijst hij zich gelukkig ten opzichte van andere horecazaken. ‘Zo’n plan gaat bijvoorbeeld in een café nooit werken natuurlijk. Voor een cafetaria zijn er nog mogelijkheden.’
Koffiedik kijken
In de week van 4 mei moet het hele zitgedeelte klaar zijn, zegt Van Ballegooijen. ‘In eerste instantie als voorbeeldsituatie richting te overheid, om te laten zien wat de richtlijnen kunnen zijn voor de gehele markt. Het blijft voor een deel koffiedik kijken, omdat we simpelweg niet weten wat het precies gaat worden. Dat is het frustrerende. Maar als we niets doen, lopen we achter de feiten aan.’ Uiteindelijk komt er voor alle frituurzaken een lijst met tips en adviezen en wordt er een video gemaakt over de inrichting en werkwijze.
Signaal vanuit de branche
‘Het doel is om met het zitgedeelte weer open te kunnen’, zegt Frans van Rooij. ‘Het is uiteindelijk aan de overheid, maar als de toestemming er is, moeten we zorgen dat we ondernemers kunnen helpen bij het uitvoeren van de richtlijnen die we krijgen opgelegd.’ De samenwerking met Restaria is logisch. Van Ballegooijen: ‘Wij doen veel met ProFri en we ondersteunen ze actief. Het is goed om de handen ineen te slaan en een boodschap neer te leggen bij de overheid: als er een versoepeling komt, dan zijn wij er klaar voor. Wij zien het als signaal vanuit de gehele branche.’