Buit 180 euro in zaak dubbele hotelmoord

De buit van de moord op Fred Hoekstra en Gijs de Mol van Otterloo in het Amsterdamse hotel The Quentin op 30 december 2002 bedroeg 180 euro. Dat bleek dinsdag tijdens de pro forma-zitting voor de rechtbank in Amsterdam.

Het Openbaar Ministerie houdt de 27-jarige D.A. uit Bosnië verantwoordelijk voor de moord, maar is nog op zoek naar ‘minimaal een tweede verdachte’, zei officier van justitie H. Oppe na de zitting. Of het motief roof was, is volgens hem nog niet duidelijk, omdat de verdachte niets over de zaak zegt. De 180 euro is vermoedelijk weggenomen uit de kas van het hotel, maar kan ook van de slachtoffers afhandig zijn gemaakt.

In de vroege ochtend van 30 december 2002 waren de 33-jarige Hoekstra en de 38-jarige De Mol van Otterloo uit Amsterdam in The Quentin om er iets te drinken. De nachtportier is op zeker moment overlopen door twee gemaskerde overvallers die hem vastbonden, zo verklaarde hij later. Nadat hij zich had weten te bevrijden, trof de portier in de lobby twee hevig bloedende mannen aan die waren neergestoken. De Mol van Otterloo overleed ter plaatse, Hoekstra een dag later in een ziekenhuis.

Volgens Oppe heeft de verdachte van maart tot half december 2002 in The Quentin gewerkt als schoonmaker. Hij zou op 30 december ook nog in Amsterdam hebben gewoond. Zijn advocaat, A. Warlam, denkt dat het OM geen sterke zaak heeft. Zijn cliënt zegt de moorden niet te hebben gepleegd. Of A. die nacht wel aanwezig was in het hotel, wilde Warlam niet zeggen. De verdachte werd in september in Italië opgepakt. De rechtszaak vindt vermoedelijk in februari plaats als de verschillende onderzoeken zijn afgerond.

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.