De veroordeling komt vrijwel overeen met de straf die de rechtbank in Arnhem Van Elsland in 2006 had opgelegd, maar is zwaarder dan de eis van het Openbaar Ministerie. De aanklager bij het hof had negen maanden voorwaardelijk geëist, een werkstraf van 240 uur en een boete van een half miljoen euro.
Van Elsland benadeelde de fiscus voor in totaal 4,4 miljoen euro aan inkomsten- en vennootschapsbelasting. Bij een dergelijk lucratieve belastingfraude is een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf volgens het hof op zijn plaats, vooral ook als waarschuwing aan potentiële ontduikers.
Zie ook