Helft Nederlanders: coronamaatregelen in horeca onvoldoende nageleefd

Helft Nederlanders: coronamaatregelen in horeca onvoldoende nageleefd

Bijna de helft van de Nederlandse horecabezoekers vindt dat de coronamaatregelen in de horeca over het algemeen slecht worden nageleefd. Dit blijkt uit onderzoek onder ruim 1000 Nederlanders. Van alle ondervraagden stoort ook nog eens 59 procent zich aan de onverschilligheid van medegasten ten opzichte van de coronamaatregelen.

Uit het onderzoek blijkt verder dat zeventig procent van de ondervraagden vindt dat de horeca er niet leuker op is geworden vanwege de coronamaatregelen. Maar liefst 63 procent van hen spreekt daarom met bezoek liever thuis af dan in een café of restaurant. Dertigers zijn met 59 procent het minst geneigd om vrienden en/of familie thuis uit te nodigen.

'Een avondje uiteten gaan, is een uitje waarbij de beleving voorop staat’, verklaart Vince Franke van Acties.nl, dat het onderzoek uitvoerdr. ‘Gasten zijn door het coronavirus iets meer op hun hoede, waardoor ze wellicht minder van hun eten en drinken genieten. Dat is jammer, want qua service en kwaliteit is er helemaal niks veranderd. Als gast word je momenteel misschien zelfs wel meer in de watten gelegd dan voorheen.’

Storen aan anderen

Zes op de tien ondervraagden storen zich aan de lakse houding van andere gasten ten opzichte van de coronamaatregelen in de horeca, zoals 1,5 meter afstand houden. Opvallend genoeg storen vooral jongeren (zestig procent) en ouderen (66 procent) zich aan de – in hun ogen – losse(re) houding van andere horecabezoekers. Onder dertigers bedraagt dit percentage slechts 53 procent.

Timeslots

Naast de lakse houding van andere gasten zijn ook de verplichte timeslots voor veel horecabezoekers een bron van ergernis. Maar liefst de helft van de respondenten zegt hierdoor minder van zijn eten en drinken te genieten.

In combinatie met de andere coronamaatregelen leidt dit er volgens 36 procent van de ondervraagden toe dat de prijs-kwaliteitverhouding in de horeca momenteel ondermaats is. Limburgers (49 procent) zijn hierover het meest kritisch, Utrechters (29 procent) het minst.