De testen lagen onder vuur vanwege het afzeikerige toontje. ‘We willen geen hardwerkende middenstanders kwetsen’, aldus AD-hoofdredacteur Hans Nijenhuis in de media.
Net als het AD publiceert Misset Horeca ieder jaar meerdere lijstjes. Op maandag 2 juli verschijnt de Terras Top 100, en de jury van de Koffie Top 100 trekt op dit moment door het land voor de eerste beoordelingsronde. De ervaring van de afgelopen jaren: er is altijd wel iemand die zich tekort gedaan voelt. Soms terecht, soms niet. Een ondernemer de maat nemen en daarover een stukje schrijven, is een grote verantwoordelijkheid. Zeker als de testresultaten tegenvallen.
De AD-redacteuren waren in de onderste regionen van de ranglijst misschien iets te enthousiast, getuige de ‘etterende gezwelletjes’ uit de oliebollentest van 2012, het ‘alternatief glijmiddel’ (haringtest 2017) en de ‘signaalstof voor aardgas’ (koffietest 2016).
Kwestie van smaak
‘Laten we smaak maar laten wat het misschien toch vooral is: een kwestie van smaak,’ verzuchtte Nijenhuis. Daarmee doet hij zichzelf tekort. Een goede test is geen kwestie van smaak, ook de AD-test niet. Wat moesten die keurmeesters anders met die thermometer?
De NOS maakte een rondgang langs recente winnaars én verliezers uit de AD-testen en vroeg aan de ondernemers wat ze ervan vonden dat de krant ermee stopte. De meesten vonden het onnodig. Zij zien zo’n test - mits objectief en onafhankelijk - als een manier om scherp te blijven. En Bakkerij Venekamp uit Amsterdam die in 2016 een 4,5 kreeg in de AD-oliebollentest, wist zijn nederlaag via een actie op Facebook om te zetten in klinkende munt. Het blijven ondernemers natuurlijk.
Testen en lijstjes zijn nuttige journalistieke genres. Ze leveren boeiende kopij, leiden tot veel enthousiasme onder deelnemers en tot een verbetering van kwaliteit, zeker als zo’n wedstrijd wordt ondersteund door opbouwende kritiek. Met die kleine twist kan de AD-smaaktest nog jaren door.
Radboud Bergevoet, columnist en horeca-journalist