'Rookafspraken werken niet

'Rookafspraken werken niet

De rookvrije kroeg lijkt verder weg dan ooit, een jaar nadat het ministerie van Volksgezondheid en Koninklijk Horeca Nederland (KHN) hierover afspraken maakten. Dat blijkt uit onderzoek van de antirookorganisatie Clean Air Nederland (CAN).

Vorige week bezochten tientallen vrijwilligers van de belangenorganisatie zevenhonderd horecagelegenheden in negentien plaatsen, verspreid over het hele land. Slechts 9 procent van de ondernemers bleek zich te hebben aangesloten bij het convenant, hoewel dat volgens de afspraak de helft had moeten zijn. ,,Het convenant werkt niet en moet onmiddellijk worden beëindigd'', vindt voorzitter W. van den Oetelaar van CAN.

KHN, de belangrijkste brancheorganisatie in de horeca, heeft met het ministerie van Volksgezondheid in een vierjarenplan afgesproken vanaf 2005 in fasen het roken in cafés, discotheken, restaurants, hotels, snackbars en ijssalons te ontmoedigen. In ruil daarvoor komt er tot 2009 geen rookverbod. Clean Air Nederland wijst erop dat de helft van alle horecagelegenheden rond deze tijd van het jaar een bordje op de gevel had moeten hebben, waarmee wordt aangegeven dat men meedoet aan het convenant. Een kwart van deze etablissementen zou al moeten beschikken over een rookvrije zone. Volgens CAN zijn deze doelstellingen dus bij lange na niet gehaald. ,,De belangenclub noemt het draagvlak bij de horecaondernemers voor het antirookconvenant ,,zeer gering''.

KHN reageerde laconiek op de kritiek van CAN. ,,Dit onderzoek is gedaan door vrijwilligers, in het voorjaar laten wij een onafhankelijk onderzoek uitvoeren'', aldus een woordvoerder van KHN. ,,TNS NIPO gaat dat doen en de conclusies worden in mei of juni verwacht''.

Een woordvoerder van het ministerie wijst eveneens op het onafhankelijke onderzoek, waarbij KHN en het ministerie als opdrachtgevers fungeren. Uit deze rapportage moet blijken of de doelstellingen van het convenant in het eerste jaar zijn gehaald. Het stappenplan beschrijft per jaar wat de doelen zijn en het ministerie laat ieder jaar een evaluatie uitvoeren.