'Door te streven, zeggen Mark en Cindy Verwey van Eethuys de Lind in Oisterwijk, die al tien jaar meedoen aan de Cafetaria Top 100. Mark: 'Ik ben altijd heel erg jaloers geweest op de nummer één. Ik heb al die jaren gehoopt dat we dat ooit zouden bereiken. Toen ik 15 was, zag ik mijn oud-werkgever nummer 1 worden (Eetplezier De Bestse Snackbar in Best van Jos en Nathalie van Alphen, in 2007, red.). Als jongen knaap keek ik daar zeer tegenop. Toen dacht ik er wel te makkelijk over, nu snap ik hoe hard zij gewerkt hebben. Je moet heel graag willen en heel veel aan de kant zetten. Het hoort er allemaal bij.'
Extra inzetten
In de maanden na de Top 100 bleek wat het effect was van een nummer 1-positie. Cindy: 'We hebben nog nooit zo'n drukke winterperiode gehad. Andere jaren hadden we genoeg werk, maar nu moesten we ons extra inzetten.' Het harde werken heeft zich echter terugbetaald, zegt Mark. 'Onze piek kwam altijd in de zomer, maar die is doorgetrokken naar de winter. In de afgelopen vijf jaar hebben we ieder jaar een omzetstijging gezien van 10 procent. Dit jaar gaan we misschien wel naar 20 procent. Dat is echt heel erg veel. Dat komt door de Cafetaria Top 100, maar ook door de manier waarop we ons als ondernemers hebben ontwikkeld.'
Waarmaken
De druk kan groot zijn voor bedrijven die hoog eindigen in de Top 100. Als je eenmaal op de deur zet dat je de beste bent, moet je dat natuurlijk wel waarmaken. Mark: 'Het belangrijkste is dat je de kwaliteit hoog houdt. Daar zijn we redelijk in geslaagd.' Makkelijk was dat overigens niet, geeft hij toe. 'We hebben in diezelfde periode afscheid genomen van een aantal personeelsleden die klaar waren met een studie of iets anders gingen doen. We moesten dus een nieuwe groep mensen inwerken. Dat was een grote uitdaging, zoiets vraagt veel aandacht.'
