De stijging is het sterkst in de provincies Zuid-Holland (11,9%), Flevoland (9,3%) en Overijssel (7,9%). In Drenthe (2,5%), Limburg (2,1%) en Gelderland (0,9%) is de stijging het laagst. De gemeentes met de grootste stijging zijn Bussum (stijging van € 1,60 i.v.m. start heffing), Westland (stijging van € 1,57) en Enschede (stijging van € 1,25 i.v.m. start heffing).
Dalers
In de provincie Groningen is het gemiddelde tarief gedaald met 0,9 procent. In 6 Nederlandse gemeentes is het tarief ook gedaald. Culemborg, waar het tarief in 2012 steeg van € 0,50 naar € 1,50, is het nu de sterkste daler met 50 procent naar € 0,75. De andere 5 gemeentes waar het tarief verlaagd is zijn Haren (-11,2%), Noordwijk (-10,4%), Den Haag (-6,0%), Beverwijk (-13,0%) en Deventer (-0,7%).
Hoogste tarief
Haarlemmermeer is de gemeente met het hoogste tarief. In 2015 was dit nog €4,44 en in 2016 is dit € 4,74. Amsterdam is gestegen van de derde naar de tweede plaats met een tarief van € 3,92. Utrecht is gestegen naar de derde plaats met een tarief van €3,92.
Grootste gemeentes
Gemiddeld stijgt de top 10 grootste gemeentes met 2,7 procent ten opzichte van de landelijke stijging van 5,7 procent. Het gemiddelde tarief voor de grootste gemeentes is € 2,78, waar landelijk gemiddeld € 1,12 geheven wordt. In de tien grootste gemeentes van Nederland is opvallend dat de toeristenbelasting van Den Haag met 6 procent gedaald is. Almere heft in beide jaren niet omdat het een gastvrije gemeente wil zijn.