Terwijl zijn blik dwaalt over de Noordzee en het Scheveningse strand, vraagt Henri Reuchlin retorisch: ‘Mooi hè?’ Het interview vindt plaats bij Beachclub Culpepper. ‘Mijn buitenkantoor’, aldus Reuchlin met een knipoog. ‘En weet je wanneer het hier op z’n mooist is? Als er in het land regen voorspeld is en het hier zonnig is. Dan zijn er vooral mensen uit de regio en is het niet te druk.’ De Hagenaar in Henri Reuchlin geniet als hij praat over zijn stad en zijn omgeving.
Als niet lang daarna het onderwerp overgaat in waar we voor gekomen zijn -bier-, volgt een evenzo liefdevol betoog over de drank die al decennia lang zijn (professionele) leven beheerst. ‘Bier ís toch ook echt genieten. En ik ben er ook echt van overtuigd dat het mensen samenbrengt.’ Met een glimlach: ‘Ouderen die eenzaam zijn die breng je toch niet samen met een kopje thee.’
Succes van Stibon
Aanleiding voor het interview is het 10-jarig jubileum van Reuchlin’s Bierburo. Zijn eigen bedrijf waarmee hij pr, communicatie en projectmanagement verzorgd op het gebied van bier. ‘Maar 80 procent van mijn tijd zit tegenwoordig in Stibon’, vertelt Reuchlin. De bieropleiding waaraan hij in 2009 mede aan de wieg stond, profiteert flink van de populariteit van bier. ‘Stibon heeft die populariteit wellicht ook aangewakkerd’, draait Reuchlin het om. ‘We zijn in het eerste jaar met 15 cursisten begonnen en in het tweede jaar verdubbelde dat. Maar tegenwoordig leiden we tussen de 500 en 600 mensen op per jaar.’
Curriculum Vitae
Henri Reuchlin’s ‘professionele bierleven’ begon in 1998 toen hij manager werd bij het Centraal Brouwerij Kantoor. Hij is mede-oprichter van de Stibon bieropleidingen en voorzitter van de European Beer Consumers Union EBCU. Daarnaast is Reuchlin nauw betrokken bij netwerken als de Dutch Beer Challenge, European Brewers Forum en voorzitter van de Week van het Nederlandse Bier. In april 2018 verscheen zijn boek Een Rivier van Bier. Eerder schreef hij ‘Van brood tot Brood: bier in de beeldende kunst door de eeuwen heen.
Het zijn er niet alleen meer, het zijn ook ‘andere’ mensen die de opleiding volgen. Reuchlin: ‘In het begin waren dat alleen de beergeeks, maar goed; die wisten het meestal al wel. Op een bepaald moment kwam de horeca en de retail -slijterijen-, brouwerijvertegenwoordigers, hobbyisten en mensen die denken aan een carrièreswitch. En tegenwoordig volgen mensen een Stibon-opleiding puur voor de lol en de interesse. Kortom: het publiek dat zich interesseert in bier wordt steeds breder.’
Wie een Stibon-cursus volgt krijgt zes avonden, vier uur lang, een brede cursus over de diverse facetten van het bier. Van geschiedenis en brouwproces tot bierbehandeling en hygiëne. Aan het eind volgt een examen, bestaande uit praktijk -blind proeven en herkennen- en theorie. Wie slaagt mag naar niveau 2, gevolgd door niveau 3 om uiteindelijk biersommelier te worden. Jarenlang was Stibon de enige biercursus in Nederland, maar recentelijk zijn daar diverse trainingen en cursussen (met name online) bijgekomen.
Gevraagd naar zijn mening over dit groeiende aanbod, kiest Reuchlin zijn woorden zorgvuldig. ‘Ik denk dat ze een goede aanvulling zijn op wat wij bieden. Stibon is dé standaard in bierland. Een online-opleiding vergroot alleen maar de interesse, dus het is een goede ontwikkeling. Maar ik denk wel dat ze de kwaliteit goed in het oog moeten houden, want ik zie online-opleidingen foute dingen over bier onderwijzen. Aantoonbaar onjuist. Dat is zonde als je daar geld aan uitgeeft.’
Revolutie in bierland
Met onder andere Stibon, Bierburo, de Week van het Nederlandse Bier en de Dutch Beer Challenge heeft Reuchlin zijn steentje bijgedragen aan de populariteit van bier die ons land de afgelopen jaren heeft overspoeld. Zelf blijft hij bescheiden daarover. ‘Ik denk dat ik mijn rol daarin gespeeld heb, maar ik ben niet degene om dat te beoordelen lijkt me.’ Gevraagd naar mede-pioneers in de bierrevolutie noemt Reuchlin onder meer importeur Bier&Co, drankenspeciaalzakenketen Mitra en in het bijzonder hun voorman Marco Philipsen, de Haarlemse brouwer Jopen, de Alliantie van Biertapperijen en het magazine Bier. ‘Die hebben allen hun eigen rol gespeeld in die revolutie en op hun eigen manier hun steentje bijgedragen. Net zoals de vele brouwers.’
De massaliteit van die bierrevolutie heeft ook kenner Reuchlin verrast. ‘Maar weet je wat mij nou het meest verbaasde: dat de kleine brouwers het massaal oppakten en dat de grote brouwers pas heel laat inspeelden op de trend. Ik had het gat in de markt al vrij snel gezien, maar ik zag geen enkele grote brouwer erin springen. Ze bleven vrij lang vasthouden aan hun traditionele pils. Iets waar pas de afgelopen paar jaar verandering in is gekomen.’
Overname kleine brouwerijen
Nu die grote brouwers inmiddels wél in het gat gesprongen zijn en zich en masse op de craftbiermarkt storten, kijkt Reuchlin daar met gemengde gevoelens naar. ‘Grote brouwers gaan op diverse manieren te werk. Als ze een kleine brouwerij overnemen en de zelfstandigheid en eigenheid intact houden, dan vind ik dat uitstekend. Dan geef je zo’n kleine brouwer meer bereik en geef je meer mensen de kans het bier te proeven. Maar je ziet ook grote brouwers die een merk overnemen waarna het kwalitatief achteruit gaat, bijvoorbeeld omdat het goedkoper geproduceerd moet worden. Dat is écht jammer.'
'Het verschil zit ‘m in wie de beslissing daarover neemt. Een boekhouder die nog nooit een brouwerij van binnen heeft gezien, of iemand die bij wijze van spreke elke dag graan in zijn hand heeft.’ Dan is er ook nog de grote brouwer die zelf craftbier brouwt. Voorzichtig: ‘Dat gaat...met verschillende niveau’s van succes. Maar het initiatief an sich is prima. Want doordat grote brouwers ‘instapmodellen’ brouwen die toegankelijk zijn, krijgen ze meer mensen aan een bepaalde stijl bier. Vervolgens stromen dit soort drinkers vaak door naar de bieren van de kleine brouwers.’
Spannende tijden in verschiet
Eén van de grootste uitdaging voor de brouwers in de komende jaren is volgens Reuchlin is sowieso blijven bestaan. ‘Als je ál die brouwers die er nu zijn, ál die capaciteitsvergrotingen, ál die nieuwe bieren, ál die plannen en ál die prognoses naast elkaar legt, dan snap je dat dat niet goed kan gaan. Je ziet nu in de Verenigde Staten al weer brouwerijen sluiten omdat ze geprognotiseerd hadden dat ze twee decennia lang tien procent groei zouden doormaken. Dat kán gewoon niet.'
'Maar ook als geld duurder wordt; nu is er relatief veel animo voor crowdfunding, waarmee veel brouwerijen gefinancierd worden. Mensen zijn daar nu sneller toe bereid, want geld op de bank zetten levert toch niks op. Maar wat als dat verandert? Ik weet niet of brouwerijen dat soort financieringen eenvoudig krijgen.’ Reuchlin voorziet in terugloop? ‘Nou, het worden in ieder geval spannende tijden, maar bier blijft boeien.’