KHN pleit voor compensatie horecazaken na gedwongen sluiting geweldsincident

KHN pleit voor compensatie horecazaken na gedwongen sluiting geweldsincident

Koninklijke Horeca Nederland (KHN) luidt de noodklok voor horecabedrijven die op last van de burgemeester de deuren moeten sluiten nadat er een geweldsincident bij hun zaak heeft plaatsgevonden. KHN vindt dat deze ondernemers gecompenseerd moeten worden uit een noodfonds van de overheid.

Dit als na politieonderzoek blijkt dat hen geen verwijt kan worden gemaakt en de zaak desondanks langer dan een maand dicht moet. De afgelopen maanden zijn er verschillende horecazaken voor een langere periode gesloten na een geweldsincident. Dit betreft onder meer Club Blu in Rotterdam en Suzy Wong in Amsterdam.

KHN

Robèr Willemsen, voorzitter van KHN: 'Wij begrijpen dat de burgemeester verantwoordelijk is voor de openbare orde in zijn gemeente. Incidenten waarbij na sluitingstijd wordt geschoten op een horecabedrijf of waarbij er een handgranaat voor de deur wordt neergelegd, zijn natuurlijk niet niets. Dat er dan een onderzoek plaatsvindt om helder te krijgen waar de dreiging vandaan komt, is begrijpelijk. Maar als de horecaondernemer zijn volle medewerking aan het onderzoek heeft verleend en uit onderzoek blijkt dat hem geen enkel verwijt kan worden gemaakt, dan moet hij zijn zaak zo snel mogelijk weer kunnen openen. Soms is dat in een paar dagen al duidelijk en nu zijn horecabedrijven als Club Blu en Suzy Wong al maanden dicht. Het kan in onze ogen niet zo zijn dat het individuele belang van een horecaondernemer in die gevallen veel minder zwaar weegt dan het algemene belang van de openbare orde. Geen enkele horecaondernemer overleeft een sluiting voor langere tijd, vroeger of later gaat een bedrijf failliet en zo worden criminelen alleen maar in de kaart gespeeld.'

Noodfonds

In de zaken van Suzy Wong en Club Blu vindt op korte termijn een kort geding plaats om heropening via de rechter af te dwingen. Hoewel KHN hoopt op positieve uitspraken van de rechter in deze kwesties, pleit zij tegelijkertijd voor een noodfonds. Het gaat daarbij om die situaties waarbij een horecaonderneming langer dan één maand dicht moet, terwijl hem of haar geen enkel verwijt treft. Robèr Willemsen: 'We hebben het idee dat criminelen nu inspelen op en misbruik maken van het beleid van burgemeesters om een horecazaak te sluiten na een geweldsincident. Die ‘incentive’ wordt weggenomen als de overheid met een noodfonds komt.'