Rabobank: 'Horeca krijgt door oorlog in Oekraïne amper tijd om te herstellen'

Rabobank: 'Horeca krijgt door oorlog in Oekraïne amper tijd om te herstellen'

Na twee coronajaren zou 2022 het jaar van herstel moeten worden voor de horeca. In de kwartaal update horeca van RaboResearch tempert Rabobank de verwachtingen.

De bank ziet een flinke stijging in de uitgaven aan 'uit eten en drinken'. Maar de oorlog in Oekraïne dreigt de feestvreugde te temperen.

Geholpen door het mooie weer en de vreugde over het loslaten van de maatregel om 1,5 meter afstand te houden, doet de horeca momenteel goede zaken.

In maart en april gaven Nederlanders al snel 30 tot 40 procent meer uit aan uit eten en drinken dan in dezelfde maanden in 2019. Bij sommige restaurants kun je zelfs pas in juni terecht als je een tafel wilt reserveren. Van de oorlog in Oekraïne is in de horeca dus weinig te merken. Nog niet.

Stijgende kosten

Al vóór de oorlog had de horeca te kampen met een enorme stijging van kosten. Niet alleen voedingsmiddelen, maar ook verpakkings-, transport- en personeelskosten liepen flink op. Horecaondernemers hebben geprobeerd deze kostenstijgingen grotendeels op te vangen door de menuprijs te verhogen of door het menu aan te passen.

Bij de start van de oorlog in Oekraïne schoot eind februari niet alleen de gasprijs omhoog, maar ook de prijzen van landbouwproducten zoals graan, oliezaden, veevoer en kunstmest liepen op. En dit verhoogde weer de inkoopprijzen van bijvoorbeeld vlees, sauzen, olie, zuivel, groente en bier.

De grote bierbrouwers hebben de volgende ronde van prijsverhogingen al aangekondigd. Ook voor de andere producten zullen er vast en zeker extra prijsverhogingen volgen. In Nederland blijft het gebrek aan grondstoffen vooral beperkt tot zonnebloemolie – maar daar zijn alternatieven voor – en nikkel, één van de grondstoffen voor roestvrijstaal.

Geraakt in de portemonnee

Indirect zullen de gevolgen van de oorlog op de Nederlandse horeca veel groter zijn, zo stelt de Rabobank. De inflatie in Nederland kwam de afgelopen twee maanden boven de 11 procent uit, met name door hogere energiekosten, duurdere benzineprijzen en stijgende prijzen voor etensmiddelen. Consumenten worden hierdoor hard geraakt in hun portemonnee. Zeker als ze een nieuw of geen vast energiecontract hebben. Hierdoor daalt het geld dat consumenten uit kunnen geven snel in waarde.

De gevolgen zullen in eerste instantie worden onderdrukt door de lage werkloosheid en opgebouwde spaarreserves tijdens de pandemie. Maar kijken we naar eerdere economische recessies, dan belooft de combinatie van een laag consumentenvertrouwen en oplopende inflatie weinig goeds voor de horeca in de tweede helft van 2022 (zie figuur 1).

Figuur 1
Figuur 1

Resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst, maar op basis van eerdere economische recessies heeft de quickservice sector relatief gezien het minste last hiervan. De quickservice restaurants en fastfood restaurants hebben lagere menuprijzen en profiteren daarmee van de consument die overstapt op goedkopere alternatieven, oftewel van ‘downtrading’.

Ook hebben de quickservice restaurants een iets betere uitgangspositie omdat ze beter door de coronacrisis zijn gekomen dan de meeste restaurants en cafés.